‘Ik zat in een grote blauw met paars gestippelde bloem…’
Uit mijn koffer rollen de verhalen die ik een aantal klassen in Brabant heb laten schrijven. Liefdesverhalen (‘Het leek wel alsof ik vrij was, overal bloemen en ik was door het dolle heen. Maar toen kwam hij en de tijd stond stil…’), wonderlijke verhalen (‘en toen kwam er een oud krom manneke aan en die verdween in de struiken’) en grappige verhalen (‘Andre van Duin kwam uit de bloemen tevoorschijn en zei tegen mij Hoi Anouk. Hij kende mijn naam!!!’)
Helemaal mee naar Spanje gereisd, deze verhalen. Naar de berg waar het suizelt van de stilte. Al die sterren, al die olijven, ik was bijna vergeten hoe mooi.
En hoe stil dus.
Kat op een paard
Ik moet afkicken van zeven kopjes capuccino per dag en minstens zo veel wijn, van nachtenlang kletsen met vriendinnen, van elke dag in de trein en met iedereen over mijn nieuwe boek praten. Ik moet weer gewoon hard aan het werk!
Maar de Brabantse verhalen zijn op een vreemde manier erg bemoedigend. 'Wat er gebeurde was dat mijn kat op een paard ging rijden,' lees ik, en: 'Ik schrok me rot, ik zag mijn oma die dood is. Ik moest huilen van geluk.' Verbeelding brengt je overal, of je nu op een berg in Spanje zit of in een nieuwbouwdorp bij Oss. Zoals maar weer blijkt uit het verhaal van een tienjarige jongen dat enorm krachtig en veelbelovend begint met: 'Mijn biologische Chinese moeder werd zomaar even naar haar eigen kind geteleporteerd…'