‘Kom, we halen even een verse kreeft en die gooien we dan in een pan.’ Of, in een restaurant: ‘Hoe maken jullie hier de kreeft klaar? Toch niet teveel gedoe, gewoon gekookt met een beetje mayonaise en een schijfje citroen?’ Niemand kan zo heerlijk achteloos over kreeft praten als mijn lieve vriendin J. Ik moet aan haar denken vandaag.
Ik ga oesters eten in Zeeland met een collega-schrijfster. Oesters en kreeft. Eigenlijk een idiote afspraak want mijn agenda ontploft en ook mijn eigen kinderen zijn al dagen van mijn radar verdwenen. Of mijn oude moedertje, waar ze (geloof ik) nu al twee dagen logeren. Bovendien is de belangrijkste afspraak van de week – bij de uitgever- deze ochtend en vanwege de oesters in Zeeland moet dat heel vroeg plaatsvinden en dan nog met amper genoeg tijd. Maar -ik weet ook niet precies waarom- die oesters, die moeten gewoon. Al zit ik toch gauw vijf uur voor in de trein voor een lunch van een uur of twee.
Iets met dictatuur
Behoorlijk opgefokt kom ik binnen. Want dit heeft de uitgever gezegd: ‘Ja, mooi. Het gaat goed met je boek. Maar dat stuk wat je er de afgelopen maanden bij hebt geschreven moet er eigenlijk weer uit.’ Hij mag het zeggen, graag zelfs, maar ineens doemt dan toch een vreselijke deadline op. Want ik ga op reis, in juni al, en daarvoor moet ik dus nog een paar poten onder mijn boek vandaan zagen. En dan? Bovendien denk ik ook een beetje wanhopig: twee jaar van mijn leven duurt dit boek inmiddels, hoe lang gaat dat eigenlijk nog door?
Maar daar is Floortje – want met haar heb ik de afspraak. En de oesters worden voor onze ogen binnengebracht en overal is de zee. We praten over schrijven, natuurlijk, en Floortje legt nog maar eens een keer uit wat zij van plan is met haar nieuwe boek. Waarvan ze niet eens precies weet of het eigenlijk wel een boek is. Of misschien wel meerdere boeken. Toch schrijft ze stug door, al jaren. Het is iets met dictatuur en ze leest zich helemaal suf. En ze reist. Naar Berlijn en terug en ook naar Spanje. Zicht op een einde is er nog niet, ook al begint haar uitgever zolangzamerhand een piepklein beetje ongeduldig te worden. Maar Floortje laat zich niet opjagen. ‘Het is af als het af is. Mijn geld verdien ik wel met andere dingen.’ Ook nog. Ik vond mezelf al tamelijk obsessief bezig, maar dit slaat alles.
Dapper
Het is geruststellend om met Floortje oesters en kreeft te eten. Relativerend. Maar vooral ook fijn om haar te horen praten. Ik heb hier nu al een paar stukjes achter elkaar geschreven over dappere gekken. Hier is er weer eentje: Floortje die schrijft en schrijft, gewoon omdat ze dat nou eenmaal moet doen. Met zulke mensen moet je gewoon af en toe even kreeft eten. Gekookt, zonder teveel gedoe, alleen met mayonaise en een schijfje citroen.
2 reacties op “Kreeftenquadrille”
Gewoon doorschrijven dames! Jullie hebben in mij al een zeer trouwe fan!
Ada
mooi mooi. Lang leve de gekken! De woedende woelende gekken met hun drijfveren passies en onaflaatbare energieen!