‘Jij zou je heel goed moeten verstoppen mam, als het nu weer de tweede wereldoorlog was. En ik zou bij het verzet gaan. Er zaten ook kinderen bij het verzet, weet je dat?’
Mijn oudste dochter en ik zijn een paar dagen alleen thuis, wat vrij bijzonder en vrij heerlijk is. Ilco is in Istanbul grote dingen aan het doen voor de wereldvrede en omdat het hier paasvakantie is, zijn de jongste twee op paardenkamp.
Bloem en ik hebben meteen een soort studentenleven met aankleden wanneer we willen en eten wanneer we willen (veel kippensoep, want ik heb een beetje teveel gemaakt, macht der gewoonte) en vooral heel veel schrijven (ik) en lezen (Bloem).
Op school is Bloem bezig met de tweede wereldoorlog en ze wilde Schindlers List kijken. Dus dat deden we gisteravond. Ik was vergeten hoe lang die film was en ook hoe naar. Die rokende ovens. Dat kind in het rode jasje en dat ze dan toch doodgaat. De blote vrouwen die denken dat ze vergast worden. Die commandant die onophoudelijk enge machtspelletjes speelt met zijn joodse minnares…
Geïnteresseerd
Toen ik zo oud was als Bloem, had ik me volledig geïdentificeerd met Anne Frank. Nog steeds ken ik hele passage van haar dagboek uit mijn hoofd. Toen ik eenmaal snapte dat het echt waar was van die tig miljoen dode joden, werd ik in één klap volwassen. Ik huilde bij alle oorlogsfilms tranen met tuiten en worstelde, jong als ik was met dilemma’s als ‘Zou ik een moffenhoer worden als ik daarmee mijn leven kon redden?’ (nee, dacht ik toen).
Zo niet mijn dochter. Terwijl ik slik en snik en op een gegeven moment gewoon boos word van zoveel ellende in één film, zit zij alleen maar heel geïnteresseerd te kijken. ‘Gaat het?’ vraag ik af en toe. Waarop zij vrolijk knikt. ‘En snap je wel wat…?’ ‘Ja hoor, nu scheren ze alle vrouwen kaal. En nu kiezen ze de mooiste vrouwen uit en die moeten dan met de soldaten mee.’
Hm.
‘Ik zie er helemaal niet joods uit, mam, dus ik zou prima in het verzet kunnen,’ zegt ze dwars door de zionistische eindmuziek heen. Ikzelf ben inmiddels weer helemaal dat meisje dat dweept met de oorlog en zo gemanipuleerd door Steven Spielberg dat ik eigenlijk meteen mijn joodse kippensoep weer wil gaan opwarmen.
Ondertussen bedenkt Bloem hardop wat ze in dat verzet zou kunnen doen en hoe ze iedereen zou misleiden. Ik kijk goed naar haar, maar echt, ze is nog precies even onverschrokken als voor die rotfilm begon.
Ik denk dat ze op haar vader lijkt.
Één reactie op “Kippensoep in de nacht”
Ik heb de film niet gezien. Nooit gedurfd.
Ada