De verhoudingen zijn een beetje zoek. Zoals dat het nu sneeuwt in Montefrio terwijl het lente is. En dat er post is die je met een klap de realiteit in sleurt, terwijl je net zo heerlijk aan het zingen was over New York: seeing my face in lights / or my name in marquees / found down on Broadway.
Het is jongleren met skippyballen wat ik doe, de balans klopt niet altijd helemaal. Dat mijn liefje in New York is en ik niet, bijvoorbeeld. New York! De stad waar we James Brown live hebben zien spelen in een piepklein zaaltje, vlak voor hij dood ging. Waar goede koffie en goede kunst allebei om elke hoek te vinden zijn. Waar je de hele tijd omhoog kijkt en je zelf ook een beetje groter wordt.
Maar als je in Montefrio omhoog kijkt, stap je voor je het weet op een dood vogeltje, roze en pasgeboren – maar dood. Of een dode muis, en laatst zelfs een baby-rat. We hebben een huis met vijf toegansdeuren, ik snap niet waarom de poezen hun vrolijke lenteoogst steeds precies voor de deur van mijn schrijfkamer neerleggen.
De grootste gebeurtenis van vandaag is een stomme royalty-afrekening in het brievenbusje. Eén keer per jaar check ik hoeveel lezers ik eigenlijk heb en dat is nu. Setback: het worden er eerder minder dan meer. Waarom? Het zal heus wel crisis zijn, ook daar, maar aan de andere kant: zo moeilijk is het toch niet om een paar duizend boeken te verkopen?
For the stars
‘Maar voor je nieuwe boek gaan we…’ Vanuit een of ander restaurant op Broadway (uiteraard) bedenkt mijn tomeloze schatje een soort campagneplan voor me. En ook de nieuwe uitgever belt, alsof hij het wist, en spreekt de legendarische woorden: ‘Ik sta hier op een crematie te denken over hoe we jouw boek straks goed op de schappen gaan krijgen…’
‘Shoot for the stars and you get the moon,’ sms-t Ilco en ik denk: o ja, New York, we’ll make it happen. Alicia Keys zingt het ook: ‘Ladies work so hard / there’s nothing you can’t do,’
Nu eerst dat boek nog even afschrijven, lekker rustig op mijn berg. Ik gooi de deur open, sneeuw of geen sneeuw, want kijk, dit heb ik: leegte, ruimte!
En hup, daar stap ik weer op een dood vogeltje.
Één reactie op “Jongleren met skippyballen”
Heeeyy anna
wat een leuk stukje 😉
Het is heerlijk te lezen tijdens nask….
Xxx blume