Ik was gek van geluk. Het is de titel van een boek, een boek over sektes.
Ik kan het me inderdaad herinneren van de vakanties met mijn eigen kleine sekte. Dat gevoel van NU, van HOU DIT VAST, van nooitnooitnooit vergeten. Dat je ervan gaat springen en zingen.
Expeditie
Gek van geluk toen ik de ronkende brief van mijn eerste uitgever las en wist: nu ben ik schrijver. Toen mijn derde kind geboren was, helemaal af, en ik wist dat ik nooit en te nimmer meer de pijn van het baren zou hoeven meemaken. En gek van geluk door de liefde, op momenten.
Dit najaar ken ik vooral een zacht soort geluk. Katjes in een vaas. Onverwacht uitgerust wakker worden. Dat het nooit donker wordt in mijn woonkamer die ook mijn slaapkamer is. De geur van winter in de grote stad.
En elke donderdagavond met mijn jongste dochter op de bank. Koud en moe komt ze thuis van de voetbaltraining. Ze gooit haar keeperspak uit, scheenbeschermers en alles en dan komt zij, die altijd en eeuwig op haar kamer hangt, naast me zitten op de bank. Desnoods met haar huiswerk erbij, soms halen we patat van de snackbar hieronder. En dan kijken we samen Expeditie Robinson. Gisteren heeft Dio Thomas eruit gekickt en Jessy verkocht haar ziel voor een pizza.
Ik kan niet zeggen dat mij dat gek van geluk maakt. Maar als het dan weer vrijdag is en ze vertrekt naar haar vader om pas maandag weer terug te komen en ik realiseer me dat ik alweer te veel brood in huis heb…. dan denk ik daar wel aan. Ik leg haar bankdekentje alvast klaar.
2 reacties op “Geluk”
Ik snap jou. Gek van geluk vs. klein, zacht geluk. Goede definities.
Klein geluk, groot genieten.