‘Waarom sla je me Dunya?’
‘Omdat er een DHL-autootje langskomt, dan mag dat.’
Elk jaar één koe
Dochter en ik op missie naar Durgerdam, haar geboorteplek. Er is daar een oude slager, die koopt nog elk jaar één koe. Die koe krijgt een heerlijk leven. Tot kerstmis. Dan slacht de oude slager haar en maakt met veel liefde zijn masterpeace: rollade. Dat is een goedbewaard geheim van de Durgerdammers. Gedreven door nostalgie ben ik daar nu terug. De dochter van de slager runde de dorpscreche waar Dunya indertijd een plaatsje had bemachtigd, ‘Zo’n klein scharminkeltje als je was,’ verzucht de slagersvrouw tegen mijn reuzendochter. Tegen mij zegt ze: “Mijn man vond jou altijd de mooiste vrouw van Durgerdam.’ Meteen spijt dat ik terug ben gekomen, elf jaar en tig rimpels verder. Zo’n ander leven.
Dunya en ik gaan ook langs bij haar geboortehuis. ‘Kijk, daarboven is de slaapkamer, daar kwam je ter wereld.’ En dat is dan weer alsof het gisteren was.
Met een rollade op de achterbank terug, onderweg heel onnostalgisch tig kerstboodschappen doen bij de Dirk. Drie DHL-tikken verder zeg ik tegen Dunya: ‘Vroeger deden we dat als je een groene eend zag, dan mocht je iemand knijpen. Je weet wel, een eend, ik bedoel zo’n auto, die zie je eigenlijk nooit meer.’ Weet ze überhaupt nog wel hoe een lelijke eend eruit ziet? ‘Kijk mam!’ roept ze op dat moment en precies daar staat er eentje. Knijp!
Zulke dingen maak ik de laatste tijd steeds met haar mee.