Lang, heel lang geleden, had ik een crush op een recensent. Wederzijds was het, maar dat spraken we niet uit. Met één uitzondering.. Die journalist schreef geheime boodschappen voor mij in zijn recensies, kleine zinnetjes die alleen ik kon decoderen. Iets romantischers kon ik me niet voorstellen.
Taal is vaak wat niet gezegd wordt, wat niet geschreven wordt. En dat geldt zeker ook voor de dingen die ik zelf schrijf.
Trek mij mijn woorden uit
Zo las ik laatst per ongeluk een oud blogje terug en ik kreeg een gevoel alsof ik stikte. De tekst op zich was onschuldig genoeg, maar achter die woorden -wist ik nog- lag een zee van pijn. Voor de zeer goede lezer stonden er een paar hartverscheurende verwijzingen.
Mijn totale subtekst van twaalf jaar blogjes en twintig boeken is inmiddels aanzienlijk. Achter al mijn woorden heb ik parallelle verhalen gefluisterd, geschreeuwd soms. Ik heb stiekem de liefde verklaard (een beetje zoals het liedje: ‘ik heb stiekem met je gedanst’), ik heb dingen voorspeld die ik onmogelijk nog kon weten, dingen uitgesproken die pas op dat moment manifest werden, dingen verhuld ook.
Taal is mijn kleren. De mooie jas, de lievelingssjaal, het jurkje, de hakjes, de sieraden. Het zegt van alles over mij, maar vooral: het omhult mij.
Trek mij mijn woorden uit en ik zou veel te naakt in het leven staan.