Categorieën
Verhalen van een Amsterdams leven

Ode aan blauwe draken (72)

Ik liep op door de stad, er waren blauwe draken bij de Dam en blauwe mensen die ze bereden.
En niemand tegen wie ik het kon zeggen: kijk nou, blauwe draken.

Het was zondagmiddag, echt zo’n gezinsmoment. Dat heb ik niet meer, dat kan me nog steeds overvallen. Ik woon ook niet samen, zoals ongeveer al mijn vriendinnen.

Kattenvrouwtje

Niet dat ik een stom weekend had, het was juist gevuld met leuke afspraken en leuke mensen. Maar die zondagmiddag kwam ik mezelf ineens tegen: alleen in mijn huisje. Dat is bepaald geen straf. Er was niemand die er niet goed van werd dat ik voor de vijfde keer hetzelfde slome liedje op zette. Niemand die honger had, huiswerk had, troep maakte, iets wilde of moest met de dag.
Maar na een tijdje vond ik dat ik wel erg veel met de katten aan het praten was. Komt misschien door de dochter die ‘kattenvrouwtje’ als afschrikwekkend voorbeeld als stip aan mijn horizon geplaatst heeft.
Het was prachtig weer. Dat kon ik ook al tegen niemand zeggen, maar ik moest ineens de deur uit. Voor de zekerheid nam ik de krant mee, maar alleen op een terras was  vandaag ook niet zo’n goed idee.
Het deed me een beetje denken aan het begin van mijn studententijd in Parijs: om maar onder de mensen te zijn liep ik soms urenlang achter willekeurige groepen aan door het Louvre. Nu liep ik een paar dure kledingwinkels in en liet me aankleden door gretige verkoopsters. Om daarna snel weg te glippen en niks te kopen. Ik at een nieuwe haring. 

Voor het paleis op de Dam was de weg afgezet. Blauwe draken. Ik liep een tijdje met ze mee.

 

 

Één reactie op “Ode aan blauwe draken (72)”

Tja… zo kun je soms ook gewoon een beetje eenzaam zijn in die grote drukke stad! Kom de volgende keer gezellig naar Durgerdam! Je kent er genoeg mensen en daar is altijd wel wat te beleven….. en dan kan soms die dorpse omarming best lekker voelen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *