De afgelopen dagen stonden in het teken van de dood.
De dood van Monique, een van de beste vriendinnen van J, die al jaren ALS heeft en waar J tot het laatst heel dichtbij was. En daardoor ik ook een beetje.
Drager
Als jij gaat waken bij de gebalsemde Monique, dan ga ik op mijn beurt naast jou zitten, had ik gezegd. En als jij drager bent, dan wil ik daar van begin tot eind bij zijn. Zulke dingen moet je soms tegen J zeggen, hij is al snel bang mij teveel te belasten. Maar natúúrlijk was ik erbij! Ook al kende ik Monique alleen maar met ALS, ik kende haar wel. En, zoals dat gaat, na die laatste dagen helemaal. Urenlang heb ik zitten praten met haar verzorgsters, met haar broer, haar vrienden. Ik vond Monique altijd al ongelooflijk dapper en sterk, nu ontdekte ik ook haar meer kwetsbare kant – dat had alles te maken met muziek, waar haar hele leven om draaide. Dat kwetsbare had ik af en toe al eens bij haar gezien, bijvoorbeeld toen J en ik er in december kerstliedjes gingen zingen. Monique vroeg mij toen om Hoe leit dit kindeke. Ze kon al niet meer praten maar de tranen rolden over haar wangen.
Nooit gedacht toen maar precies dit lied heb ik bij haar kist -die een mand was- staan zingen tijdens de uitvaart. Misschien kwam het door dat mandje? Of dat je juist voor zo’n powervrouw een klein, zacht wiegeliedje wilt zingen.
De uitvaart was op dezelfde plek als die van mijn moeder, de crematie op Zorgvlied, de plek van mijn oom. De dood was overal deze dagen, ook mijn hoofd was er vol van; toen ik uiteindelijk langs de Amstel van Zorgvlied terugliep naar mijn huisje, kon ik zelf ook wel een wiegenliedje gebruiken.
Één reactie op “Liedje”
Heel mooi geschreven