Ik ga steeds meer houden van dingen die raar zijn.
Zoals: onverwacht slapen in Hoog Catharijne. Dat grote prefab winkelcentrum in Utrecht. Die zag ik niet aankomen van tevoren.
Dresscode feestelijk
Vrijdag was de opening van het Nederlands Film Festival, in Utrecht. J en ik hadden ons enthousiast aan de dresscode “feestelijk” gehouden, maar ik had niet het gevoel dat iemand het zag. Het was daar veel te druk met te dicht op elkaar gepakte acteurs en filmbobo’s, onder hard en lelijk licht. Je kon maar beter doodstil in een hoek blijven staan, anders werd je zeker onder de voet gelopen. Een van de bobo’s zei onheilspellend tegen mij: ‘Hier kom je niet voor de lol.’ Ik miste de deejays, de bands en de bitterballen en oesters van Film by the Sea. Nu weet ik het zeker: voor echte glamour is Vlissingen the place to be.
Omdat J de dag erop ook weer op dat Utrechtse festival moest zijn en ikzelf schrijfles zou gaan geven aan een groepje romanschrijvers, ook al in Utrecht, had J die middag nog een lastminute hotel geboekt. In Hoog Catharijne dus, het zat verstopt tussen de winkels. Eenmaal binnen deed het denken aan een cruiseschip voor zakenmannen, met eindeloze gangen waar een soort hutkamers aan lagen. Die van ons had het meest troosteloze hoteluitzicht ooit: halfaffe gebouwen pal ertegenover, steigers, beton en nog een beton.
Bij gebrek aan bitterballen of roomservice aten we daar in het holst van de nacht zittend op het bed een heleboel chips, terwijl we in etappes onze knellende schoenen, stropdas, chique jasjes enzovoort uittrokken.
Dat was met stip het meest feestelijke moment van de dag.