Op film by the Sea zag ik een tijd geleden de docu over Navalny. In mijn hoofd was hij een soort Nelson Mandela geworden. Ook nu hij gevangen zat. Op een bepaald moment zou hij vrijkomen. En dan zouden de tijden anders zijn.
Dat denk ik dan in mijn Amsterdamse bubbel. Waarin de mensen aardig, geëngageerd divers en kunstminnend zijn. Die bubbel waarin het fijn en veilig toeven is.
Zeepbel
Totdat je weer eens voelt dat die bubbel de wanden van een zeepbel heeft.
Gisteren schrok ik wakker uit een nachtmerrie, gillend met mijn engste nachtmerriestem. Gelukkig was J die nacht vers uit het filmfestival van Berlijn terug gekomen en kon hij me opvangen. Mijn droompaniek ging soepel over in tranen over Navalny, tirannen in Rusland en Amerika die de schaamte voorbij zijn, dode kinderen in Rafah, en dat mijn eigen landje waar ik altijd zo trots op was meebetaalt aan al die wapens. Ik was weer zestien, meelopend in de grote vredesdemonstratie, met een spandoek met daarop ‘Geweld eindigt waar liefde begint.’ 400.000 mensen op de been. Niks veranderd.
Of is dat misschien ook een soort troost?
Dat we er kennelijk toch nog steeds zijn, gehavend en wel, dat er iets onverwoestbaar is, dat wat de dichteres Henriette Roland Holst ‘de zachten krachten’ noemde.
En ook het lied ‘Vluchten kan niet meer’ werd meer dan vijftig jaar geleden geschreven.
Één reactie op “Navalny”
Ik liep ook in dezelfde demonstratie. Het was in mijn herinnering een ‘doom’ tijd. Werkeloosheid, angst en onzekerheid vulden de straten.