‘Anna wat vind jij van de toestanden met de supporters?’ Dat vroeg Karlijn, een van de kinderen op mijn dinsdagdiner. ‘O lieverd,’ zei ik, ‘daar wil ik het eigenlijk liever niet over hebben. Ik heb er echt buikpijn van.’
Maar Karlijn is een denker en het liet haar niet los. Toen ze, als laatste, wegging, begon ze er opnieuw over.
Ik ben het niet gewend
Rare geesten uit rare flessen, de wereld op zijn kop – mijn wereld op zijn kop.
Ik ben bijvoorbeeld niet gewend dat ik als jeugdboekenschrijver word weggezet als elitair. Dat een eeuw dat vak heel serieus nemen en laten groeien ineens niet meer telt. Kortom: dat een paar gekken zomaar de boekenprijs enorm omhoog kunnen gooien.
Ik ben sowieso niet gewend dat ik mijn democratisch gekozen regering niet vertrouw. Tuurlijk, politiek klimaat verandert steeds en ik heb heel wat stomme ministers stomme dingen zien doen in mijn leven. Maar er was altijd een soort basisvertrouwen.
Dat is weg, geloof ik.
Ik ben ook niet gewend dat ik de hele tijd overal politie zie in mijn stad.
Ik ben niet gewend dat betrouwbare kranten en journalisten op tv zoveel misinformatie verkondigen Zo rellerig doen. Mijn lieveling Parool voorop – ik heb nog wel voor die krant gewerkt en was daar altijd zo trots op.
Ik ben niet gewend dat ik joodse bekenden op dit moment soms een beetje uit de weg ga. Ik ben notabene zelf een halve jood.
Ik ben ook niet gewend dat ik activistische pro Palestina bekenden die het liefst zelf de wapens willen oppakken ook niet goed verdraag. Ik ben notabene zelf een activist.
En dan hoor ik van Spaanse buren van vroeger dat er gruwelijk noodweer en overstromingen zijn, ook op onze berg waar het vaak juist zo droog was.
Ik ben het niet gewend en ik wil er niet aan wennen
Uiteindelijk trok Karlijn haar jas weer uit en vertelde ik het haar toch. Al deze dingen. En het was heel fijn dat ze luisterde.