Eind november 2007. We slapen aan het strand van Mozambique. Palmen, strand en onze Landrover. We duiken in de blauwblauwblauwe zee met dolfijnen, roggen en de grootste vis ter wereld: de walvishaai. Zo groot en zo dichtbij, dat ik hem eerst niet eens zie. Ilco wijst. En de walvishaai kijkt terug. ‘Ik heb God gezien,’ zeg ik als ik boven kom.
Eind november 2008. We nemen de boot van Rome naar Barcelona. We zijn een beetje moe van het huizen zoeken en weten nog niet dat ons droomhuis eigenlijk om de hoek ligt. We slapen nog steeds in de daktent en ik schrijf ’s ochtends in dikke dekens gewikkeld mijn verhalen bij de opkomende zon. De dag voor ons is een onbeschreven blad en Ilco kookt koffie voor me op het houtvuur.
Reisheimwee. Het gaat nooit over.
Lees verder