Er is hier tegenover zo’n winkeltje met rustieke spreuken op houten paneeltjes.
Dingen als ‘Een goede vriend is als wijn: hoe langer hij rijpt, hoe meer je er aan hebt.’ Deze verzin ik, maar er zijn er tientallen in dat winkeltje, allemaal prachtige metaforen. ‘Een moeder is iemand die vele plekken kan invullen maar niemand kan de plek van een moeder innemen.’ Vannacht heb ik zelf van die wijze schilderijtjes verzonnen. Over wat een huis een thuis maakt.
Een huis is een thuis als er
- Een appeltaart is gebakken en de oven zoet ruikt in plaats van rokerig
- Iets in is kapot gegaan (daar was onze verhuizing from hell heel geschikt voor)
- In is gelachen
- Is gehuild
- Is gevreeën
- Als je er in hebt gedanst
- Als je je teen eindelijk niet meer stoot aan dat ene rottige drempeltje
- Als de kaarsen in de kandelaars één keer helemaal opgebrand zijn
- Als je hebt gegeten van nieuwe bordjes aan je nieuwe tafel
- Als er gasten aan die tafel hebben gezeten (dank je wel lieve zus, wat was het fijn)
- Als de ijskast niet meer zielig leeg oogt, maar rommelig
- Als je er dingen in kwijt bent geraakt
- Wanneer je de kerkklokken niet meer signaleert
- Als je wakker wordt en meteen weet waar je bent
- Wanneer je er iets zinnigs hebt kunnen schrijven, daar de rust voor hebt
- Als je weet waar de bakker, de slager en de dichtstbijzijnde brievenbus zijn
- Als de buren je groeten
- Als je je aan de buren begint te ergeren (man, was dat een wild feest vannacht)
- En wanneer er een kind heeft gelogeerd. Hoera voor de jongste dochter, wat heerlijk om je hier te hebben.
Morgen weer terug naar dat andere huis, dat andere leven. Net nu ik hier zo’n beetje geland ben.