‘Willekeurige voorbijgangers gaan je koffie brengen,’ beloofde mijn voorganger, ‘en oliebollen, wacht maar af. Gewoon lief lachen.’
Dus daar stond ik. Expres geen oortjes in, gewoon maar eens kijken wat er gebeurde zo midden op de dag midden op de Dam.
Eenpersoonsdemo
Er kwam een oude meneer met mij discussiëren.
Er kwam iemand vertellen over de openbare Chanoekah-viering de dag ervoor en hoe erg het was dat daar zoveel politie bij moest zijn.
Er waren heel veel mensen die hun duim opstaken.
En natuurlijk ook wegkijkers.
Meewarige glimlachjes.
Er was een gek – precies op het moment dat de handhavers even pauze hadden. Hij kwam te dichtbij en ik probeerde hem niet aan te kijken.
Het bord werd zwaarder en zwaarder.
De gek ging weg.
Mijn voeten werden kouder en kouder.
Er kwam een meisje uit Roemenië op anderhalve meter, die zei: ‘Ik heb tien minuten, ik kom even solidair bij je staan.’
Ik kreeg nu ook koude handen.
Er was nog steeds niemand koffie komen brengen, laat staan oliebollen.
Het meisje uit Roemenië vertelde dat ze vaak werd aangesproken als zigeuner.
Ze ging weer weg.
Er kwam een man uit Finland die foto’s wilde maken voor zijn moeder.
Ik werd sowieso de hele tijd gefilmd en gefotografeerd. Gevraagd en ongevraagd.
De man uit Finland vertelde dat daar een premier is van 34 jaar die veel last heeft van seksisme en discriminatie op basis van haar leeftijd.
De wind sloeg het bord bijna uit mijn hand, ik wankelde zelfs
Er kwam eindelijk iemand die zei: ‘Mevrouw, u ziet er zo koud uit, zal ik een kopje koffie voor u halen?’
Inmiddels rilde ik non-stop.
Er was een groepje Marokkaanse jongens, die zich omdraaiden, terugkwamen en zeiden: ‘We zien hier wel vaker iemand staan. Waar gaat dit eigenlijk over?’
Ze luisterden geïnteresseerd en gingen toen weer weg.
Het zachte regenen begon hard regenen te worden.
De Dam werd leger en leger.
Nog heel even.
Nog wel wat duimpjes uit de verte, maar de meeste mensen verdwenen onder paraplu’s.
En daar was gelukkig de lieve J op de fiets met ook koffie en croissants.
Toen kwam mijn aflossing: een moeder en een dochter.
Ik rende de warme, lichte Bijenkorf in en had het eerste halfuur nog wintertenen en -vingers. En nog urenlang dat rillen.
Eenmaal thuis boekte ik mijn volgende sessie: in januari. Omdat mijn voorganger had gezegd: ‘ik sta hier elke maand een uur of twee.’
En dat kan ik jullie dus allemaal ook van harte aanraden.
Één reactie op “Nodig”
Mooi hoor! Ik zie het mezelf niet doen.