Categorieën
Verhalen van een Amsterdams leven

Tegenkant

‘Ik denk niet dat ik ooit nog zo op deze manier van iemand kan houden,’ zei de vriendin met liefdesverdriet.

The first cut is the deepest. Ze kende haar geliefde al vanaf haar achttiende, dat kwam me bekend voor.

Wijn en tranen

Alles kwam me bekend voor. Ook al was haar verhaal het mijne niet en haar liefde heel anders dan die van mij. Maar verdriet is verdriet en liefdesverdriet heeft wijn, tranen en vooral veel tijd nodig. In tegenstelling tot rouw gaat liefdesverdriet uiteindelijk over, is mijn ervaring.
Maar ondertussen is het natuurlijk de hel. Ik hoefde alleen maar even naar mijn vriendin te kijken om dat te herkennen. Bleek en kwetsbaar zat ze daar beeldschoon te zijn. Ze wist niet of ze er ooit weer aan zou beginnen, zei ze. ‘Had jij dat niet: dat je nooit meer die pijn wilde?’
Toen moest ik lachen, echt waar. Ik voelde mijn hele gezicht oplichten. ‘O nee,’ zei ik tegen haar. ‘Geen sprake van.’ Ik moest even denken aan de vele keren dat ik een dode kat in mijn armen heb gehad, Al dat gehuil in de dagen erna en dat ik mezelf bezwoer: dit nooit meer. Inmiddels heb ik er weer twee.
De tegenkant is altijd pijn. Maar om je hart dan maar op
slot te doen? Het is vast geen toeval dat ik net vandaag een briefje had teruggevonden met een prachtig citaat (van Jan Postma) ‘Het leven is soms mooi, soms verschrikkelijk, maar altijd hartverscheurend.’

Het hart dat scheurt en breekt, krimpt maar ook groeit en gloeit en altijd maar door klopt.  Tot de laatste hartverscheurende snik.

3 reacties op “Tegenkant”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *