We gaan het dus echt doen. Trouwen. Het komt ineens dichtbij.
Nog vier maanden. Dan krijg ik weer dat vinkje ‘getrouwd’ op officiële papieren.
Loaded creditcard
Eergisteren zat ik met Astrid koffie te drinken bij de Zuidas en we zaten ons te vergapen aan het leven daar. Ooit waren wij ook van die vrouwen in strakke blazers met hun toekomst op orde en een loaded creditard. Inmiddels zijn we allebei wat meer eigenzinnige ZZP-ers – maar nog steeds radartjes in het rad van deze wonderlijke maatschappij waar we belasting betalen en zo goed mogelijk proberen te doen.
Astrid is straks getuige bij het huwelijk. Terwijl we onze dure broodjes aten, kwam ook dat ter sprake. Ook de praktische kanten. Of we wel of niet gaan samenwonen, wel of niet fiscaal partners worden. En hoe zit het met dochters en de erfenis?
Heel onromantisch. Je zou natuurlijk ook zogenaamd kunnen trouwen: het feest, de ceremonie, maar niet die handtekening voor de burgerlijke stand.
Maar trouwen is natuurlijk is ook juist dat: deel uitmaken van de doorgedraaide maatschappij waarin we nou eenmaal leven, samen net een klein beetje sterker.
Als man en vrouw.