(Moyale, km 41300)
De zwarte stenenwoestijn zindert in de zon. Op het laatst zijn er geen dorpjes meer, alleen nog maar Samburu-strijders met roze veren op hun hoofd. Het zijn kamelenherders; er zijn grote kuddes op de weg, wel meer dan honderd.
Stuiterend over het wasbord komen we dan eindelijk Ethiopië binnen. Als we de meegebrachte fles cola openmaken, spuit het water als een fontein omhoog. Maar de auto geeft geen krimp en er komt maar één piepklein gaatje in de band. Het eerste deel van de oversteek door de woestijn is gelukt!
De grens loopt dwars door de stad. Aan de Keniase kant is die stoffig en vies. Maar in Ethiopie ligt er asfalt. Er zijn straatlantaarns, vrolijk geschilderde huizen, terrasjes met patio’s en bougainville. Overal bomen. Een bank en een internetcafé. Wij had dat nou gedacht van dit Live Aid ellendeland? En wie wist dat Ethiopie het land is waar de koffie, de pizza en de eerste mensen vandaan komen? Ik niet in elk geval.
We nemen het duurste hotel van de stad (tien euro) en proberen het zand en stof van ons af te spoelen met een douche die voortdurend schokken geeft als je eronder staat. Er blijft maar roestbruin water van ons afkomen, ik ben bang dat we nooit meer echt schoon worden.
Laatste reacties